
Een Biddende Beer
Toen hoorde hij geritsel in de bossen. Hij keek om en zag een 2½ meter lange grizzlybeer op zich afstormen. Zo snel hij kon rende hij weg. Hij keek over zijn schouder: de beer haalde hem in! Hij rende nog harder, keek weer over zijn schouder: de beer zat hem nog dichter op de hielen. Hij probeerde nog harder te hollen, maar struikelde en viel. Vervolgens zag hij de beer boven zich uittorenen en zijn klauwen opheffen voor de genadeslag. Toen schreeuwde de atheïst: “O mijn God!…”
De tijd stond stil. De beer bevroor. Het bos was stil. Zelfs de rivier was gestopt met stromen. Een helder licht bescheen de man en een stem kwam uit de hemel:
“Altijd heb je Mijn bestaan geloochend, en Mijn schepping toegeschreven aan een kosmisch toeval. Verwacht je nu dat Ik je uit deze narigheid help? Moet Ik jou tot de gelovigen rekenen?”
De atheïst zei: “Het zou hypocriet van me zijn als ik U nou ineens zou vragen mij als christen te beschouwen, maar misschien kunt U de beer christelijk maken?”
“Goed”, zei de stem.
Het licht verdween. De rivier stroomde weer. De geluiden van het bos begonnen weer. En toen liet de beer zijn klauwen zakken…. vouwde zijn klauwen bijeen… boog zijn hoofd en sprak: “Here, zegen deze spijze. Amen.”