
Een hilarische rit
Het jochie seint dat hij zijn raam open moet doen en dat doet Willem dus ook.
“Meneer, meneer, kent u Honda?”
Willem helemaal verbaasd en zegt:
“Nee, die ken ik niet,” en geeft gas.
140,150 en plotseling komt weer die peuter naast hem.
“Meneer, kent u Honda?”
Willem geeft hetzelfde antwoord en geeft nog meer gas. 190, 200. Weer die peuter naast hem.
“Meneer, meneer kent u Honda?”
“Nee,” zegt Willem, “en oprotten nou!”
Plotseling ziet Willem een vrachtwagen en ziet dat peutertje er recht op af rijden. Maar helaas, het peutertje rijdt er recht tegenop, vliegt over de vrachtwagen, op de dak van die truck en zo op het asfalt. Willem remt als een gek en holt naar het kindje. Hij ziet het peutertje helemaal bloedend op de weg liggen en het peutertje ziet hem. Met z’n laatste adem vraagt het kindje:
“Meneer kent u honda?”
Willem schiet helemaal vol en vindt het lullig om weer nee te zeggen en zegt:
“Ja, die ken ik.”
“Oh gelukkig,” zegt het peutertje, “weet u ook waar de remmen zitten?”